Naar Rennes met de trein: het pittoreske hoogtepunt van de gezellige Bretoense sfeer

Op naar Rennes! We stappen de TGV op in het bedrijvige station van Brussel-Zuid en belanden in een mum van tijd tussen de velden met wuivend koolzaad en strobalen. Onze treinreis verbindt deze karakteristieke landschappen met bijzondere bezienswaardigheden zoals de Eiffeltoren, het kasteel van Disneyland Paris en de imposante gotische kathedraal van Le Mans. Met onze rug knus in de zetel schiet het land aan ons voorbij. Zo arriveren we in Rennes, de hoofdstad van de regio Bretagne, die bruist van de geschiedenis, folklore en gastvrijheid. Dat vertaalt zich in monumentale bezienswaardigheden die de stad decoreren. Overgoten met een gemoedelijke Bretoense sfeer.   

De paden op, de lanen in: Rennes is een compacte stad met erg veel gezellige voetgangerszones. In een oogwenk brand je een kaarsje in de basiliek van de mirakels, verorber je een galette saucisse op de wekelijkse markt of bezoek je een tijdelijke tentoonstelling in het voormalige klooster. Eén ding is zeker: bij elke stap door de straten, steegjes en binnenpleinen onthult de oude stad haar charmes. Tegenwoordig is Rennes ook een populaire studentenstad. Geen gebrek aan die oh, zo bruisende sfeer!

Van het station naar het stadscentrum

Het voelt alsof we net uit een vliegtuig stappen, wanneer we na onze treinrit door het moderne station richting uitgang lopen. Het Place de La Gare verbindt de weidse Boulevard Jean Janvier waar ons Hôtel Campanile Rennes Centre- Gare zich bevindt. Het stijlvolle hotel ligt op zo’n tien minuten wandelen van het stadscentrum. We passeren de Champs Libres - het innovatieve culturele centrum dat onder andere het Bretagne Museum en de bibliotheek herbergt –, de autovrije Esplanade du Général de Gaulle en de levendige, met bistro’s en crêperies bezaaide Rue Vasselot waar de locals hun eerste café van de dag drinken.

In geen tijd komen we aan op Place de la République: het groene knooppunt waar de Rennais en het openbaar vervoer elkaar ontmoeten. Het Palais du Commerce – dat al sinds 1885 het postkantoor herbergt – en winkels zoals de prestigieuze Galeries Lafayette versieren het plein. Vroeger scheidde de rivier de Vilaine de stad in de ville haute en de ville basse op dit plein, ondertussen snelt de rivier overdekt voorbij.

Oud ontmoet nieuw in het middeleeuwse klooster

We begeven ons naar het Office de Tourisme op het dynamische Place Sainte-Anne: het startpunt van onze gegidste tour, zo’n 10 minuutjes verderop. De kleurrijke huisjes op het plein verlenen onderdak aan allerlei eet- en drinkgelegenheden waar je – naar goede Franse gewoonte – minder betaalt voor een Chardonnay dan voor een glas cola. We hebben nog een half uur tijd vooraleer onze gegidste tour start? Alors, deux fois une Chardonnay svp. Ons uitzicht op de église Saint-Aubin, waar weelderige klimplanten bijeenkruipen tegen de façade, doet ons glas naar meer smaken.

Daar blijft het bij, want door werken die tot eind 2021 duren mogen we de kerk niet in. Bovendien wacht de gids ons op in het Couvent des Jacobins. Het voormalige middeleeuwse klooster verleent ondertussen onderdak aan de toeristische dienst en tal van tijdelijke tentoonstellingen als onderdeel van het congrescentrum. Oud ontmoet hier nieuw. Want de historische 14de eeuwse setting die het podium vormde voor vredesonderhandelingen tussen Hertogin Anne van Bretagne en Koning Charles VIII van Frankrijk wordt nu verrijkt door conferenties in een eigentijdse toren met aanpalende goudkleurige vensterluiken, even schitterend als de zon.   

Hallo Estelle!

Onze gids Estelle begroet ons hartelijk en begeleidt ons meteen naar buiten. Ze is ijverig om haar stad te laten zien. Estelle vertelt ons op het Place Sainte-Anne over de gezellige boekenmarkt en het metrosysteem dat zich steeds verder ontwikkelt. Nog maar eens een bewijs dat de stad z’n erfenis omhelst maar vooruitgang hoog op de agenda plaatst.

Haal de verres maar vast tevoorschijn want we zetten onze tocht verder door de Rue Saint-Michel, ook wel de Rue de la Soif genoemd: terrasjes in overvloed met voor elk wat wils. De “Straat van de Dorst” leidt ons naar de Place des Lices, een behoorlijk polyvalent plein zo blijkt. Met een grote stap terug in de tijd, ontdekken we dat het plein in de middeleeuwen de scène vormde waar dappere ridders de lans hanteerden tijdens toernooien.

Onontdekte plekken op het Place des Lices

Estelle houdt halt aan een besmeurde klok. Is dit een bezienswaardigheid? Niet bepaald, maar aan de plek kleeft een heftige historie. Tot vlak voor de Franse Revolutie gebeurden er militaire oefeningen en executies. Heksen, criminelen en martelaars bliezen hier hun laatste adem uit en werden – vaak na enkele dagen “tentoonstelling” - via de Rue des Innocents gezuiverd van hun zonden om op de begraafplaats van de “gemartelden” hun laatste rustplaats te vinden.

Tijdens deze periode is het een komen en gaan van aristocratie. De ligging van het plein net buiten de stadsmuur trok de parlementaire adel aan, tot ze verbannen werd naar de stad Vannes. Enkel de edelen die zich omdoopten tot koninklijke mouwvegers waren opnieuw welkom. Een voorbeeld? Het hoofd van de Zonnekoning in je eigen woning verwerken bijvoorbeeld. We krijgen het met onze eigen ogen te zien wanneer we het gebouw van een dokterspraktijk binnenwandelen. Dit pand huisvest ook nog eens één van de oudste houten trappen van de stad. Monumentaal mooi!

Galette saucisse en Kouign Amann smullen op de zaterdagmarkt

Een highlight die je sowieso wil bezoeken op de Place des Lices is de zaterdagmarkt. We halen ons hart op wanneer we tussen de levendige, kleurrijke en geurrijke kraampjes struinen. De bedrijvigheid van bloemenverkopers naast het hoeveelheid geluid en de gerookte geur van de look- en uienkramen zijn op z’n minst intens te noemen. Net zoals de walm van verse oesters en krabben, gevangen aan de Bretoense kust die slechts een klein uur van Rennes verwijderd ligt. Maar dat moeten we toch ook proeven?  Alvast één tip: vertrek met een nuchtere maag!

De markt kent een apart hoekje met een verzameling kramen die galette saucisse verkopen. Het is een komen en gaan van Rennais en toeristen. Het kraam met de langste aanschuifrij zal wel de beste Bretoense delicatesse serveren, niet? Na een kwartiertje ontdekken we al snel het definiërende kenmerk van de lokale ‘hotdog’: in Bretagne wordt de braadworst in een soort hartige lauwe pannenkoek gewikkeld, gemaakt uit boekweitbloem. Je kan de typische galette nog bekronen met ui en kaas, maar wij houden het liever simpel. Een goedkope (we betaalden 2,3 euro) manier om letterlijk te proeven van de bijzondere Bretoense sfeer. Geloof me, het is de wachtrij waard!

Na zout volgt een zoetje. We duiken één van de twee markthallen in om een Kouign Amann te kopen. Dat is een erg boterrijk gebakje dat de naam Kouign (“cake”) Amann (“boter”) draagt. Het lijkt op bladerdeeg maar je proeft vooral veel boter en nog meer gekarameliseerde suiker!  Een Bretoense lekkernij die je liefst een tikkeltje opgewarmd verorbert.

Vergapen aan en in de Kathedraal Saint-Pierre

Met ons buikje vol zetten we de tocht verder richting de Kathedraal. Onze schoenen zingen onder de met kinderkopjes bezaaide straten. We kijken naar boven, net zoals de hertogen dat bij hun eedaflegging - om de onafhankelijkheid van de regio steeds te beschermen - het waarschijnlijk ook deden. Wat wij zien is ondertussen de derde editie van de kathedraal. De Romaanse en Gotische versie overleefden de tijd niet. De bouw van de huidige façade startte in de 16e eeuw en werd nog eens gerestaureerd en gedecoreerd met neoclassicistische elementen zoals het fronton van Lodewijk XIV in de tweede helft van de 19e eeuw. 

Eén ding is zeker. De façade met zijn statische, klassieke granieten torens staat in schril contrast met het weelderige interieur. Vanbinnen is de kathedraal eerder een extravagante droom van een decorontwerper met z’n grote hoeveelheid overdadig bladgoud  en roze marmer. Estelle neemt ons mee naar een aparte kamer, waar we een pas gerestaureerd Antwerps retabel uit de 16e eeuw bewonderen. Iets om trots op te zijn!

Fraaie vakwerkhuizen, gespaard door de vlammen

Estelle slalomt door de straten langs een terracottakleurig houten met wit gestucte vakwerkhuis gedecoreerd met kleine sculpturen van bloemen en boogschutters. Het oudste nog bewaarde exemplaar in de stad zo blijkt. Het zogenaamde “Maison de la Rennais” werd bewoond door geestelijken en is ondertussen omgetoverd tot een cocktailclub. Zolang ze de fraaie gevel maar goed  bewaren!

Onderweg naar de Basilique Sainte Sauveur lopen we voorbij verschillende vakwerkhuizen met de meest diverse patronen, kleuren en hellingsgraad (lees: het ene huis staat al wat schever dan het andere). Volgens Estelle overleefde enkel dit deel van de stad een afschuwelijke brand, die zes dagen duurde. Ook de Basilique Sainte Sauveur bleef gespaard, en staat sindsdien bekend als de basiliek van de mirakels. Vandaag is het nog steeds de voornaamste plek om te bidden. We gaan dus even kijken naar het schilderij dat de verwoestende brand afbeeldt in de linkerhoek van de kerk en branden snel een kaarsje op deze heilige plek.

Een nieuwe stad

Met onze rug naar de basiliek wijst Estelle helemaal naar de andere kant van de straat, waar een kilometer verderop opnieuw een vakwerkhuis pronkt. Daar is de brand geëindigd. Alle gebouwen tussen de basiliek en het vakwerkhuis werden verwoest en heropgebouwd na 1720. Gevolg? We wandelen nu door brede, kaarsrechte straten met langs beide kanten zandkleurige symmetrische huizen bekroond met krullende gietijzeren balustrades.

Onze volgende halte is de Place de la Mairie waarop twee pareltjes van gebouwen als een puzzelstuk in elkaar passen: de opera en het stadhuis. Die laatste herbergde na de brand niet enkel het stadhuis maar ook het gerechtelijk tribunaal en klokkentoren met standbeeld. Het gerechtelijk tribunaal werd gecentraliseerd in het parlement een paar honderden meters verderop. De provocerende standbeelden onder de klokkentoren van Lodewijk XV en de beeldengroep die de vereniging van Bretagne met Frankrijk symboliseerde werden steeds opzettelijk vernield. We draaien onze rug naar het stadhuis en bewonderen de klassieke, ronde gevel van de opera, beschermd door gebeeldhouwde muzen. Eén van de kleinste operahuizen in Frankrijk, maar groots in z’n decor!

“A Rennes, rien ne prend, sauf le feu”

De laatste halte van onze gegidste tour is het Parlement van Bretagne, een elegant gebouw met statische pilasters en hier en daar een gouden toets in de vorm van een zonnewijzer en engeltjes. De geschiedenis van de stad wordt gedomineerd door het machtsspel tussen het Engelse koninkrijk maar vooral de Franse koningen en de Hertogen en Hertoginnen van Bretagne. Het parlement markeert de hechtenis van het hertogdom aan Frankrijk in de 16e eeuw. We arriveren in een lange, smalle zaal met een wit, houten plafond versierd met Franse en Bretoense emblemen zoals vergulden kransen en hermelijnenstaarten (het symbool van Bretagne).

Estelle vertelt dat het plafond dateert van 1994. Excuseer? We horen het goed, het paleis vatte gedeeltelijk vuur tijdens een manifestatie van vissers door een vuurpijl die onopzettelijk op het gebouw belandde. Alweer. Ze antwoordt op ons verbijsterde blik met een lokaal gezegde: “A Rennes, rien ne prend, sauf le feu!” Het beschrijft de “bewegingsloze” houding van de Rennais tijdens de verschillende branden die stad teisterden.

De vijftal kamers die we bezoeken zijn quasi allemaal gerestaureerd. Toch worden de ruimtes hier nog gedomineerd door de karakteristieke Franse romantische plafonds, gebeeldhouwde vergulde houten lambriseringen, allegorische schilderijen, zijden “behangpapier”, elegante loggia’s, rode fluwelen stoelen en bombastische gouden kroonluchters. De grandeur van weleer heerst nog steeds tijdens de huidige  rechtszittingen.  

Struinen door het kleurrijke Parc du Thabor

De trappen van het parlement markeren het eindpunt van onze gegidste wandeling. Estelle haast zich naar een volgende afspraak, maar niet vooraleer ze ons nog meegeeft om het Parc Du Thabor in dit mooie weer mee te pikken. We slalommen door de 10 hectare grote groene oase dat door z’n elegante en romantische sfeer en de warme avondzon nog extra flair krijgt.

Hier kan je letterlijk opgaan in de met rozen bezaaide tuin die bestaat uit meer dan 2.000 verschillende soorten. We rusten uit naast de orangerie in de schaduw van grote palmbomen en Amerikaanse Sequoia’s vlak naast de klaterende fontein.

We sluiten onze ontdekkingsreis door het ontspannen Rennes af met een Frans wijntje op een terras. Aangenaam verrast door de monumentale gebouwen en interessante bezienswaardigheden die de stad decoreren. Enkelen omringen ons, terwijl we nippen aan ons glas – voor de verandering- Sauvignon.

Met de trein naar Rennes

Overtuigd? TGV INOUI brengt je van Brussel-Zuid naar Rennes in 4u25min en verbindt ook België rechtstreeks met meer dan 30 Franse steden. Spoor van noord naar zuid via het oosten van Frankrijk en reis met hoge snelheid naar Rijsel, Straatsburg, Lyon, Valence, Bordeaux, Avignon, Marseille, Montpellier enz. Boek je treintickets tot 3 maanden op voorhand voor een gunstige prijs. Een snelle, comfortabele en voordelige reis zonder filestress!

 

Ziehier voor informatie over de treinen:

https://www.b-europe.com/NL/Treinen/TGV-Brussel-Frankrijk

 

 

 

 

https://www.b-europe.com/NL/Kopen/Treintickets#TravelWish

Meer info:

Tourisme Rennes

De bekende galette saucisse

Rennes à pied
How to: gegidste tour door het Parlement van Bretagne

Parc du Thabor

Onze GRANDE reporters stellen volgend(e) hotel(s) voor in deze streek

Grande hotels

"
Het hotel is ondergebracht in een landhuis in second empire-stijl, dat vooral populair was op het einde van de negentiende eeuw. Het Villefromoy hotel werd gerenoveerd met oog voor de grandeur van weleer maar wel met hedendaags comfort.
..."
"

Met zo'n naam kan het niet fout lopen. En inderdaad, aan beide zijden van dit hotel in de Finistère vind je twee grote zandstranden die omzoomd worden met idyllische groene heuvels. Vanuit je kamer kijk je uit over de eindeloze Atlantische Oceaan.

..."